Arti werd opgericht op vrijdag 2 oktober 1908, door een aantal notabelen uit Alphen, Oudshoorn en Aarlanderveen. Hoewel het de bedoeling was een symfonieorkest te beginnen, was Arti in de eerste jaren een fanfare. Er was slechts één probleem… J. Basie, bestuurslid van het eerste uur: ,,Bijna niemand van ons kende een noot zo groot als een koe.” Het bestuur wilde van Arti een ‘modelvereeniging’ maken, waar “tijdens het repeteeren niet gerookt zal worden, leden niet spreken wanneer de Directeur aan ’t woord is, en het water op tijd uit de instrumenten verwijderen”. De leden wilden daarop weten of de dirigent, dhr. W.J. Smolders, daar soms over geklaagd had, maar dat bleek niet het geval…

Het eerste concert van Arti vond plaats op 18 november 1909 in het Nutsgebouw, slechts (gratis) toegankelijk voor aandeelhouders (!), donateurs, begunstigers en genodigden. Dit concert was de eerste editie van de nog altijd bestaande najaarsconcerten.

Arti's bestuur met dhr SmoldersIn 1933 bestond Arti – wegens de vele aanmeldingen van houtblazers inmiddels een harmonie – 25 jaar en dat ging niet onopgemerkt voorbij. Op 2 oktober 1933 verzamelde Arti zich in de repetitieruimte ‘Concordia’ in de gelijknamige straat, waarna familie en vrienden marcherend en met muziek van de trein werden gehaald. Na een gezamenlijke maaltijd en een jubileumuitvoering in de Martha-stichting was er een feestelijk samenzijn in ‘Concordia’. Voor wijn, koek en bonbons werd maar liefst fl. 45,- uitgetrokken en voor de benodigde Eau de Cologne en sigaren fl. 25,-. Het cadeau voor dirigent Smolders (hier op de foto, tweede van rechts op de onderste rij) was op aanraden van zijn vrouw een prachtige kaars, die stiekem ‘s middags in zijn huis werd geplaatst als verrassing bij thuiskomst…

Hoewel Arti in 1941 nog concerten gaf, waren de repetities in de eerste oorlogsjaren gestopt. Want ook Arti kwam niet zonder problemen door deze tijd. In de notulen van een bestuursvergadering op 22 april 1943 werd blijk gegeven van een nieuw begin: ,,Het ledental is van dien aard dat wij, al zijn er dan enkele vrienden niet meer in ons midden, toch weer repetities kunnen gaan houden.”

Nadat in 1952 na een heftige verkiezingstrijd dhr. D. Boerefijn tot nieuwe voorzitter van Arti werd gekozen, brak er met 1953 een rumoerig jaar aan. Het nieuwe uniform werd gepresenteerd tijdens de optocht ter ere van de opening van de Kon.Julianabrug in het centrum van Alphen a/d Rijn. De nieuwbakken voorzitter Boerefijn stapte alweer op, uit ergernis over het matige repetitiebezoek en het te laat beginnen van de repetities. Zijn voorganger Van Leeuwen werd ook zijn opvolger. En ook de dirigent van het eerste uur, de inmiddels 76-jarige Smolders nam afscheid van Arti. Voor een passend cadeau droegen alle leden wekelijks een dubbeltje bij: het werd een prachtige pick-upinstallatie. Peet van Bruggen trad aan als zijn opvolger, waarmee een glorierijke tijd aanbrak voor Arti.

Tot slot valt over 1953 nog te melden dat de 9-jarige Cock de Jeu lid werd en althoorn gaat spelen. Later werd dat de trompet. Cock is nog altijd het langst spelend lid van Arti en een zeer gewaardeerde euphonium-speler bij Groot Arti én betrokken bij Arti´s Muzikale Vorming.

Het vijftigjarig jubileum in 1958 werd gevierd met een jubileumconcert in de overvolle Parkzaal van Vogelpark Avifauna, in aanwezigheid van de oud-dirigent Smolders en de burgemeester. Dirigent Peet van Bruggen had Arti binnen enkele jaren naar de hogere regionen van de Nederlandse amateurblaasmuziek geleid. In 1964 werd Van Bruggen dirigent van de Johan Willem Friso Kapel; de toenmalige klarinetdocent Wim van Duijn volgde hem op als dirigent. Onder zijn leiding bereikte Arti de top van de amateurorkesten: de superieure afdeling. In 1968 werd met 329,5 punt een gedenkwaardige eerste prijs met lof behaald in deze concoursafdeling. Een belangrijke beslissing in dat jaar was dat Arti geen ‘lopende’ vereniging meer zou zijn. Sinds 1968 geeft Arti dus louter ‘zittende’ concerten, wat maar door weinig leden wordt betreurd.

In 1973 geeft Wim van Duijn het dirigeerstokje over aan Michael Woldinga, bassist/trombonist bij de Koninklijke Militaire Kapel. Onder zijn muzikale leiding en onder aanvoering van voorzitter Henk Joha werd in 1983 het 75-jarig bestaan van Arti uitgebreid gevierd. Het jubileumconcert kende gastoptredens van Peet van Bruggen en Wim van Duijn, en er werd een muziekfestival gehouden in De Bron in de Ridderhof.

In maart 1983 was er een nieuwe mijlpaal: de oprichting van het opleidingsorkest Jong Arti. Fred Michels was de eerste dirigent van dit opleidingsorkest. In 1983 had Arti het indrukwekkende aantal van zeventig leden, waarvan 28 in Jong Arti zaten.

In 1989 kwam Karel Jongerling, destijds nog midden in zijn opleiding tot dirigent, voor Jong Arti te staan. Hij volgde klarinettist en actief bestuurslid Henk Joha op, die het directiestokje enkele jaren eerder van Fred Michels had overgenomen. In 1990 volgde Karel Jongerling tevens Michael Woldinga op als dirigent van Groot Arti. Helaas liep het ledenaantal vanaf het tachtigjarig bestaan fors terug. Jong Arti, het opleidingsorkest, moest bij gebrek aan leden begin jaren negentig worden opgeheven en mede daardoor bleef nieuwe ‘aanwas’ uit.

Maar een vereniging moet aan de toekomst denken en om die reden werd in 1995 een eigen kleinschalige muziekopleiding gestart. In 1996 kon daardoor Jong Arti weer in ere worden hersteld. Sindsdien is Jong Arti weer voor vele muzikanten de kweekvijver voor Groot Arti.

In 1998 bestond Arti 90 jaar en natuurlijk ging heel Arti op de foto voor dit heuglijke feit. Arti bouwde langzaam maar gestaag verder aan een drukkere agenda, ledenaanwas en het muzikale niveau. Als een van de eerste verenigingen in de regio begon Arti met het geven van themaconcerten, zoals ´The American Dream´, ´Italian Holiday´, ´Film & Musical´ en ´Beestenboel´. Tijdens dit laatste concert werd dirigent Karel Jongerling gehuldigd voor zijn 10-jarig jubileum als Arti-dirigent. Zoon Rieuwert, toepasselijk verkleed als tijgertje, stal de show toen hij zijn vader kwam feliciteren.